Mijn eerste Siamese kempvis
De Siamese kempvis (Betta Splendens) komt oorspronkelijk uit Zuidoost-Azië en is een van de populairste aquariumvissen. Het gemak waarmee je hem houdt, in combinatie met een trots en kleurrijk voorkomen, maakte deze vis tot een icoon bij beginners en droeg zonder enige twijfel bij tot de populariteit van aquariums.
Deze kempvis werd ooit ingezet in wedstrijden omwille van zijn onweerstaanbare drang zijn mannelijke soortgenoten aan te vallen (vandaar zijn volksnaam), maar wist mettertijd een steeds groter publiek voor zich te winnen.
Hoe hij aan zijn reputatie komt
In de 19de eeuw deed zijn vechtersreputatie in Zuidoost-Azië en vooral Thailand een nieuwe passie voor wedstrijden oplaaien. De inwoners, die al dieren lieten vechten om weddenschappen te houden, ontwikkelen een grote interesse voor deze nieuwkomers. Er zitten er veel in de rijstvelden, dus ze vangen wordt een geliefde bezigheden onder kinderen. De gevangen vissen moeten het dan opnemen tegen elkaar, net als Europese kemphanen. De venijnigste vissen worden kampioen, in afwachting van een nieuwe, waardige tegenstander. In 1840 wordt een vereniging opgestart. Tegelijkertijd vindt er een selectie plaats. Er ontstaan echte vechtsoorten. En de gevechten worden steeds langer … en spannender! In die tijd kon het verlies tijdens zo'n weddenschap hoog oplopen. Soms verloren spelers zelfs hun huis!
Zijn eigenschappen
Van nature heeft de Siamese kempvis geen lange, fijne en kleurrijke vinnen. Het mannetje is getooid met schakeringen van groen, rood, blauw en zwart, en zijn vinnen zijn relatief klein. De vrouwtjes zijn valer en bruin.
Dit visje leeft in een moeilijke omgeving. De rijstvelden waarin hij wordt gevonden, ondergingen grote veranderingen waaraan hij zich perfect wist aan te passen. De niveau- en temperatuurverschillen zijn erg groot. Het zuurstofniveau kan er erg laag worden en dit zouden maar weinig vissen overleven.
De Betta Splendens daarentegen, slaagde erin zich aan te passen door een origineel en doeltreffend, bijkomend ademhalingssysteem te ontwikkelen: het labyrint. Hij heeft niet alleen kieuwen, waarmee alle vissen zuurstof uit het water halen, maar de kempvis kan ook rechtstreeks de oppervlaktelucht opnemen. Zo overleeft hij ook wanneer het water heel laag staat … Zijn lijf is ook helemaal bedekt met een dikke slijmlaag die hem beschermt tegen de bacteriën die in troebel water zitten.Zo kan hij zelfs overleven in modderpoelen, in afwachting van betere dagen.
In het aquarium gaat hij regelmatig naar boven om een flinke teug zuurstof te happen, om daarna weer verder te gaan met zijn bezigheden.
Hij wordt niet langer geteeld als vechtvis. De variëteiten die mettertijd werden ontwikkeld, wekken ondertussen vooral een esthetische interesse. Tegenwoordig is het een van de meest gevarieerde soorten, en dat zowel wat zijn vorm (vinnen …) als tooi betreft.
Hij is nog steeds erg onbuigzaam naar zijn soortgenoten toe, en de mannetjes kunnen elkaar niet luchten. Opmerkelijk is dat hij zich dik maakt door zijn vinnen te spreiden en zo indruk te maken op zijn concurrenten. In de dierenwinkel kun je mannetjes in piepkleine bakjes het tegen elkaar zien opnemen in dit type van intimideringsparade.
Voortplanting
De Siamese kempvis is een territoriale soort. Het mannetje houdt alle concurrenten op afstand en heerst over een harem vrouwtjes. Hij leeft meestal op halve diepte en dicht bij het oppervlak. Het mannetje bouwt met zijn speeksel een nestje van belletjes aan de oppervlakte. Urenlang zwoegt hij aan deze cocon, die serieuze afmetingen aanneemt: een doorsnede van 8 cm en een hoogte van 2 cm.
De paring is een heus schouwspel. Het mannetje trekt het vrouwtje aan onder het nest en omknelt ze zodat ze haar eicellen uitwerpt. Ze worden meteen bevrucht. Met de grootste concentratie vangt hij de vallende eitjes met zijn mond op, om ze vervolgens uit te braken in de kleverige belletjes.
Na verschillende manoeuvres, en nadat het vrouwtje haar hele productie heeft gelegd, jaagt het mannetje haar brutaal weg. Als ze geen schuilplaats vindt, moet ze het zelfs met haar leven bekopen! Daarna waakt hij over zijn nakomelingen. Hij voedt ze tot de jonge vissen vrij kunnen zwemmen.
Onderhoud
De Siamese kempvis stelt niet veel eisen wat het volume van zijn aquarium betreft: 15 liter volstaat omdat hij aan de oppervlakte ademt. Voor de voortplanting of een leven in een gemengd aquarium voorzie je het best minstens 80 liter, met daarin zand en veel planten.
Als vlees- en insecteneter heeft hij een voeding op basis van diepgevroren muggenlarven en artemia's nodig. Dankzij de vooruitgang in de ontwikkeling van aangepast, gedroogd voer kun je hem nu droogvoer van uitstekende kwaliteit geven.
Dit artikel werd geschreven door onze partners van de website FISHIPEDIA